Digitalisering is niet meer weg te denken uit onze samenleving. Veel mensen maken op werk gebruik van het internet, e-mail of slimme technieken in apparaten en machines. Ook ons privéleven zit vol met sociale media en het internet. Het internet en digitale technieken brengen enorme kansen met zich mee voor ons allemaal. Tegelijkertijd kunnen kwaadwillenden het ook tegen ons gebruiken. Onze veiligheid en democratie worden online constant aangevallen. Daar mogen we niet naïef over zijn.
Omdat niet iedereen mee kan of wil in de digitale samenleving, moet de overheid altijd bereikbaar blijven per mail, post en telefoon.
Onze digitale veiligheid is randvoorwaardelijk voor onze fysieke veiligheid. Dit vraagt om het versterken van onze digitale muren om onze nationale veiligheid zo goed mogelijk te kunnen beschermen tegen digitale dreigingen.
▶ Beschermen nationale veiligheid tegen digitale uitval. Vanwege de toenemende cyberdreiging vanuit landen als Rusland en China, bereidt de overheid scenario’s voor voor het geval van grootschalige cyberaanvallen of -storingen. De overheid gaat sneller en meer dreigingsinformatie delen met (vitale) bedrijven. Hierbij verwelkomen we de hulp van ethische hackers binnen bestaande juridische kaders. Daarnaast gaan we vaker oefenen op digitale uitval en moeten vitale aanbieders beschikken over zo veel mogelijk terugvalopties zodat kritieke processen zoals betalingsverkeer, drinkwater, waterkeringen en energie niet stilvallen bij uitval.
▶ Weren vijandige digitale apparatuur. Digitale apparatuur zoals douanescanners in onze mainports en camera’s die worden gebruikt in overheids- en andere kernen van onze kritieke economische processen mogen niet meer afkomstig zijn uit landen met een offensieve cyberagenda (dreigingslanden). In het kader van onze nationale veiligheid scherpen we aanbestedingsregels aan om deze producten te kunnen weren en om digitale spionage en sabotage tegen te gaan.
▶ Versterken (digitale) slagkracht inlichtingendiensten. We versterken de (cyber)capaciteiten van onze inlichtingendiensten zodat zij sneller en makkelijker de informatie kunnen krijgen die ze nodig hebben om onze nationale veiligheid te beschermen tegen cyberaanvallen en andere (digitale) dreigingen.
▶ Veilige cloud. Om onze defensiedata zo veilig mogelijk te houden, moet Nederland op een zo kort mogelijke termijn beschikken over een nationale cloud op Nederlandse bodem onder Nederlandse jurisdictie, die bij voorkeur wordt ontworpen en beheerd door Nederlandse bedrijven. Een zoveel mogelijk Nederlandse publiek-private crypto-organisatie is hiervoor belangrijk.
Nederland is een handelsland en dat zullen we ook altijd blijven. Tegelijkertijd is het belangrijk dat we minder afhankelijk worden van landen die we niet tot onze vriendenkring rekenen.
▶ Inzetten op strategische soevereiniteit in EU-verband. We zetten in op een EU met een realistische blik op de bescherming van haar interne markt, vitale sectoren en kennispositie. Grote afhankelijkheden op het gebied van energie van landen als China en Rusland dienen vermeden en afgebouwd te worden, alle EU-lidstaten moeten zich hieraan committeren.
▶ De economie digitaal veiliger en weerbaarder maken. We gaan ongewenste strategische afhankelijkheden van onvrije landen afbouwen. We versterken onze economische veiligheid door vitale sectoren en strategische sectoren beter te beschermen tegen digitale spionage en sabotage door onder andere meer in te zetten op publiek-private samenwerking en strenger te toetsen op buitenlandse investeringen, overnames en fusies. Ook werken we aan een Nationaal Actieplan Quantum om onze economie en maatschappij voor te bereiden op de veiligheidsrisico’s van quantumtechnologie zodat veilige digitale communicatie ook in de toekomst mogelijk blijft.
▶ Een sterke overheid met oog voor onze economische veiligheid. Nederland zet in Europees verband in op meer strategisch handels- en investeringsbeleid, om de strategische afhankelijkheid van Europa van energie, technologie en grondstoffen te verminderen. Een sterke overheid moet soms ingrijpen in de economie. We gaan ongewenste strategische afhankelijkheden afbouwen en onze vitale en strategische bedrijven beter beschermen tegen digitale spionage en sabotage door vijandige overnames en investeringen tegen te gaan.
▶ Industrie stimuleren en behouden. Onze Nederlandse industrie is van groot belang voor ons verdienvermogen. Ondanks de ruimtelijke en ecologische beperkingen moeten we voor economische groei zorgen. Dat is een voorwaarde om vrij en welvarend te kunnen leven. Daarnaast werken er veel Nederlanders, direct of indirect, in de industrie. Het is van belang dat we onze fabrieken behouden. Dat brengt wel met zich mee dat de industrie verduurzaamt. Wij zien een grote toekomst voor bedrijven die schoon zijn, en toegevoegde waarde leveren voor Nederland. Bijvoorbeeld omdat ze innovatief zijn of Nederland en Europa onafhankelijker maken. Daarnaast is het belangrijk dat veel mensen kunnen meeprofiteren van het bedrijfsleven. Dat vraagt wel om keuzes wie we voorrang geven.
▶ Strategische afhankelijkheden afbouwen. We zetten in op minder eenzijdige afhankelijkheid van China door toegang tot kritieke grondstoffen en diversificatie van productie te stimuleren met landen in Afrika, Zuid-Amerika en Azië. Daarvoor hebben we o.a. handelsverdragen en gebonden hulp nodig. Daarnaast moet Nederland kiezen wat onze unieke bijdrage in internationale waardeketens kan zijn. Vooral op het gebied van thema’s als digitalisering en verduurzaming moeten we onze posities uitbouwen. Specifiek vraagt dit in ieder geval om een sterke nationale strategie op semiconductors en batterijen, twee enorme groeimarkten met strategische geopolitieke implicaties. Circulariteit speelt hierbij ook een grote rol.
Nederland is een internationaal digitaal knooppunt. Dat zijn we niet zomaar geworden, maar is een resultaat van jarenlange investeringen van overheid, bedrijfsleven en wetenschap. Onze digitale infrastructuur, digitaal vaardige bevolking en bloeiende start-ups hubs zorgen ervoor dat iedereen profiteert van de digitale vooruitgang.
De sectoren waarmee Nederland haar toekomstig verdienvermogen kan garanderen veranderen in een razendsnel tempo. Om ook in de toekomst zeker te kunnen zijn van een goede boterham, moeten we nu investeren in de economie van de toekomst en de bescherming daarvan.
▶ Stimuleren start-ups en scale-ups. We stimuleren start-ups en scale-ups door betere toegang te geven tot hoogwaardige kennis bij universiteiten en kennisinstellingen. Het verschaffen van vroege fase durfkapitaal moet worden gestimuleerd en gewaardeerd. We ondersteunen start-ups en scale-ups bij het aantrekken van investeringen, zodat zij zich kunnen blijven door ontwikkelen. De VVD ziet graag dat er meer start-ups doorgroeien tot scale-up. Werknemers van startups zijn hier van groot belang, dus moet het mogelijk worden dat werknemers in alle sectoren meedelen in de winst. We verkennen hoe investeringen in start-ups fiscaal aantrekkelijk kunnen worden en blijven.
▶ Verstevigen digitale infrastructuur. Om onze toekomstige economie en soevereiniteit te verstevigen, versterken we Nederland als internet- en dataknooppunt van Europa door ons zeekabelnetwerk te ontwikkelen. We zetten ons in voor een Europees datacenterbeleid en besteden extra aandacht aan veiligheid, autonomie en duurzaamheid.
▶ Versterken regionale innovatie. Nederland kent met de Brainport en de bedrijvigheid rondom
de Technische Universiteit Delft (TU), de Wageningen University & Research (WUR) en andere innovatieve clusters in het land verschillende regio’s waar innovaties zich in razendsnel tempo ontwikkelen. Deze regio’s lopen echter steeds meer aan tegen bijvoorbeeld een tekort aan technisch geschoold personeel en netcongestie. We gaan samen met de regio’s deze problemen oplossen. De Noordzee biedt kansen voor bedrijvigheid en innovatie. Daarom zetten we in op nieuwe werkgelegenheid op zee.
▶ Snel en toegankelijk internet. Om digitaal voorop te kunnen blijven lopen streven we er daarom naar dat iedere Nederlander toegang heeft tot glasvezel en/of snel internet, met speciale aandacht voor de gebieden waar dit tot nu toe niet mogelijk is. Bovendien pleit de VVD voor meer tempo met het veilen van de benodigde frequenties voor de volledige uitrol van 5G en dat we een leidende rol gaan spelen bij het bepalen van de standaarden voor 6G.
▶ Er komt een bibliotheekvoorziening in elke gemeente. Zo heeft iedereen een bibliotheekvoorziening op een redelijke afstand. De bibliotheek is ontmoetingsplek voor jong en oud, en een belangrijke plek om leesvaardigheden en digitale vaardigheden op te doen. Ook zetten we in op de online bibliotheek.
▶ Leraar zijn is een vak. Daarbij horen goede arbeidsvoorwaarden, een goede opleiding, intensieve begeleiding voor startende leraren en in de basis arbeidscontracten van minimaal vier dagen per week. Continue professionele ontwikkeling wordt verplicht, zodat alle leraren bekend zijn met nieuwe (technologische) ontwikkelingen. De inhoud van de lerarenopleiding wordt landelijk vastgesteld, samen met leraren en wetenschappers.
▶ Ondersteunen leraren en schoolleiders bij digitale vaardigheden. We gaan door met de opstart van het expertisepunt digitale geletterdheid om leraren te ondersteunen met kennis over kunstmatige intelligentie en digitale vaardigheden.
▶ Minder handen aan het bureau, meer aan het bed. De stappen om regeldruk te verminderen zijn nog lang niet groot genoeg. Digitale zorgdiensten en technologie die de zorg beter inrichten, kwaliteit van leven verbeteren of werk uit handen nemen maken we definitief onderdeel van de zorgverlening.
▶ Geen pilots meer, maar doen. Medewerkers willen zoveel mogelijk van hun tijd kunnen besteden aan die dingen in het directe patiëntcontact die alleen zij kunnen. De persoonlijke aandacht voor de patiënt moet groter worden in plaats van kleiner. Met minder zorgmedewerkers zal je daarom echt moeten ingrijpen. Er valt vooral ontzettend veel winst te behalen met de inzet van digitalisering, technologie, artificial intelligence, data en data-analyse. Dat begint natuurlijk met het verlichten van administratief werk, het ontlasten in het logistieke werk en het vergemakkelijken van contact met patiënten. Het werkplezier gaat daarmee omhoog, omdat de medewerker wordt ontlast. Er is nu al heel veel mogelijk, maar te vaak en te veel is digitalisering of automatisering, het gebruik van data of AI, nog iets dat er een beetje bij gedaan wordt. Dat moet echt veranderen. Geen pilots en proeftuinen meer, we weten inmiddels wel dat het kan. Nu moeten we het gaan doen.
▶ Meer ruimte voor techniek. We richten ons onderwijs meer op technische kennis en praktische vaardigheden, dat is ook in het belang voor de transitie naar een duurzame economie. Er komen centrale examens in wiskunde D en informatica. In plaats van het verplichte vak cultureel kunstzinnige vorming mogen leerlingen ook examen doen in een nieuw te ontwikkelen vak praktische techniek en technologie. Voor het gymnasium wordt dit een extra keuzevak.
▶ Wetenschappelijke kennis beschermen. We screenen waar nodig internationale onderzoekers en samenwerkingen zodat militaire of dual-usekennis nooit in verkeerde handen valt. We toetsen of nieuw beleid niet tot onverantwoorde risico’s voor de kennisveiligheid leidt. Om heimelijke beïnvloeding tegen te gaan wordt de herkomst van onderzoeksfinanciering openbaar. Onderzoekers die loyaal zijn aan onvrije regimes worden sowieso geweerd uit gevoelige kennisgebieden.
▶ Onderzoek en ondernemerschap. We blijven ook in de toekomst investeren in onderzoek en valorisatie. De overheid blijft streven naar de Lissabondoelstelling om 3% van het bbp te investeren in onderzoek en ontwikkeling en we vragen private investeerders daaraan bij te dragen. We stimuleren de uitbreiding van kenniscampussen zodat valorisatie en ondernemerschap meer ruimte krijgen.
▶ Online voedingsbodem aanpakken. We leggen die algoritmen aan banden, die op socialemediaplatformen voorrang geven aan extremistische en polariserende content om de razendsnelle online verspreiding van haat, extremisme en verdeeldheid in onze fysieke wereld tegen te gaan en onze democratische rechtsstaat beter te beschermen.